Onafhankelijke informatie over brandveiligheid brandpreventie en brandbeveiliging

In een bestaand appartementengebouw wordt de RWA-installatie niet onderhouden en de betrouwbaarheid van de werking is daardoor onduidelijk. De opdrachtgever wil daarom alle woningtoegangsdeuren langs het atrium zelfsluitend maken en opwaarderen tot een brandwerenheid van ten minste 30 minuten.

De appartementen van een bestaand woongebouw worden ontsloten via een atrium dat indertijd, op grond van gelijkwaardigheid, is voorzien van een mechanische RWA-installatie met één dakluik dat middels ruimtebewaking in het atrium wordt aangestuurd. Volgens de indertijd afgegeven bouwvergunning moesten de woningtoegangsdeuren uitgevoerd worden met een brandwerendheid van 30 minuten.

Uit recent dossieronderzoek van de huidige brandveiligheidsadviseur is gebleken dat de indertijd vergunde ontwerpuitgangspunten voor de RWA-installatie niet helder zijn en de installatie niet gecertificeerd kan worden. Ook is niet duidelijk of de woningtoegangsdeuren indertijd voldoende brandwerend zijn uitgevoerd, zoals in de oorspronkelijke bouwvergunning werd vereist.

Op verzoek van de eigenaar heeft de brandveiligheidsadviseur een nieuw brandveiligheidsontwerp opgesteld, waarbij de RWA-installatie vervallen is als gelijkwaardige oplossing. Om bij brand te zorgen voor een geringe rookontwikkeling in het atrium worden alle deuren die op het atrium uitkomen zelfsluitend uitgevoerd met een vrijloopdranger. Bovendien wordt de vluchtroute door het atrium uitgevoerd als een extra beschermde vluchtroute. De kans op het ontstaan en ontwikkelen van brand in het atrium wordt daarmee beperkt. De RWA-installatie blijft aanwezig als een aanvullende voorziening voor het afvoeren van warmte en rook. De brandwerendheid van de bestaande woningtoegangsdeuren wordt opgewaardeerd tot ten minste 30 minuten op grond van de ‘Richtlijn brandwerendheid bestaande puiconstructies’. Daardoor hoeven de deuren niet vervangen te worden.

De Veiligheidsregio is van mening dat de opwaardering van de brandwerendheid van de bestaande deuren een verbouwactiviteit is. Dat betekent dat niet alleen de brandwerendheid tot 30 minuten moet worden opgewaardeerd maar dat ook een rookwerendheid van R200 is vereist tussen de woning en het atrium waardoor een extra beschermde vluchtroute voert. De brandveiligheidsadviseur is van mening dat deze aanvullende rookwerendheidseis uitsluitend van toepassing is bij vervanging van de bestaande deuren door nieuwe.

De vraag is of de toegangsdeuren van de appartementen, die behouden kunnen blijven maar aangepast moeten worden omdat niet wordt voldaan aan de vereisten aangaande brandwerendheid, ook rookwerend (S200) moeten worden uitgevoerd op basis van artikel 2.95 lid 2 van Bouwbesluit 2012?

Volgens de ATGB hangt dit af van de omvang van de benodigde verandering voor het voldoen van de toegangsdeuren aan de vereiste brandwerendheid, of ook het voldoen aan de eis voor rookwerendheid van de scheidingsconstructie vanuit het brandveiligheidsrisico verdedigbaar is. De feitelijke verandering die bij de woningtoegangsdeuren nodig is voor het behalen van de brandwerendheid, is de ATGB nog onbekend.

ATGB-advies 2207 – Rookwerendheidseis bij opwaarderen brandwerendheid van bestaande deuren?, 13 mei 2022, www.atgb.nl

Wij verwachten in de reacties dat je je aan de volgende richtlijnen houdt: